Eduakwa de Vijfde: partner in Cyclus-zaken

Eindelijk is het rapport over Cyclus Elmina daar. Een saga van veel te optimistische prognoses. Van een bedrijf dat 1,2mn euro heeft verbrand aan een toch wel risicovolle onderneming in een Afrikaans land. Interessant is ook wie de Ghanese partner was van Cyclus. Zijn burgernaam circuleerde al eerder in gemeentelijke stukken: Nana Papa Vandyck. Maar hij is– en dat is toch wel bijzonder – een Ghanese chief. Nana Kodwo Eduakwa de Vijfde, de chief van Atonkwa en van Edina Traditonal Area.

De fabriek in Ghana is een joint venture van Cyclus met een lokale partner. In het Cyclusrapport van wordt het bedrijf niet met name genoemd. Wel wordt er melding gemaakt dat het een bouwbedrijf betreft, dat in 1991 is opgericht en betaalbare woningen bouwt voor de middenklassen in Ghana. Het Cyclus Elmina project stelt het bedrijf in staat om betaalbare bouwmaterialen te leveren.

Het bedrijf is dus inderdaad Vanhold Constructions, zo had Trots al eerder achterhaald uit een op internet gevonden presentatie. De directie daarvan wordt gevormd door de Ghanees Naana Papa Vandyck. Op internet laat hij zich zien in een promotiefilmpje. Zijn naam is te zien vlak nadat hij uit zijn four-wheel-drive stapt.

Wie is Nana Paapa Vandyck?

Vandyck had al jaren contact met Cyclus en de gemeente over verschillende vormen van samenwerking. Het Berenschot-rapport meldt dat Cyclus, de gemeente en de Chief al sinds 2004 elkaar troffen in het gemeentelijke “Keep Elmina Clean” project.

Maar wie is het nu? In een op 5 februari 2007 gepubliceerd interim-report over de samenwerking met Elmina, staat hij als lid van het Ghanese monitoring-team genoemd onder de naam: Aka Paapa Ekow Vandyck, en tevens staat daar een tweede naam bij – zijn Chiefsnaam: Nana Kodwo Eduakwa V. Deze projectgroep startte in 2006 – ruim voordat Cyclus Elmina van start ging. Het meedoen aan deze projectgroep leidde dus wat later tot het deelnemen in van Paapa Vandyck in de Cyclus Joint Venture. Vandyck zat tevens in de raad van het KEEA district.

Cyclus doet dus zaken met een bedrijf waarvan de directeur een Ghanese Chief is in de regio waar de fabriek is gevestigd. Hij is blijkens internet bestuurlijk actief, bemiddelt in conflicten, spreekt de KEEA district council toe.

Wat was de rol nu van Eduakwa de Vijfde? En heeft hij zijn gewicht in de schaal gelegd voor Cyclus Elmina?

Volgens een interne presentatie van Cyclus had ie in ieder geval sales moeten opleveren. ‘Local sales’’ behoorde tot de taken en verantwoordelijkheden van de lokale partner. Van Vanhold Construction. En dus de directeur-eigenaar.

Dat is in ieder geval niet helemaal gelukt, om het maar zachtjes uit te drukken.
Het bouwen van de fabriek dan? Maar dat deed aannemer Marcobi Enterprises, zo staat in het rapport te lezen.

Het Berenschot rapport stelt de rol van de lokale chief nergens ter sprake. Sterker nog, volgens het Berenschot-rapport zijn er na de oprichting van de joint venture ook geen vergaderingen geweest van de Board of Directors. Dat wil zeggen dat Cyclus en Vanhold, als aandeelhouders van Cyclus Elmina, geen officiële meetings hebben gehouden.

(Overigens waren er inofficiele meetings genoeg. Zoals ten tijde van de opening van de fabriek -die gehouden werd juist tijdens de verkiezingen. Waar natuurlijk ook Eduakwa V en diens bevriende minister hun opwachting maakten.)

Of was zijn bemoeienis gewoon niet nodig? En was de lokale Chief er slechts voor de lokale contacten. Zijn netwerk?

Zou goed zijn als Berenschot nog een paragraafje aan de inzet van deze lokale chief kon wijden.