woensdag 23 november 2011

Het manifest van Trots op Nederland

Nog nooit was bij Trots op Nederland het begrip zelfredzaamheid zo’n sleutelbegrip als nu. Met het recente aftreden van partijleider Rita Verdonk, die nu haar plek heeft gevonden temidden van de andere leden, komt het aan op het eigen initiatief van de organisatie om een nieuwe weg in te slaan. Op weg naar een organisatie die aan het land moet bewijzen bestaansrecht te hebben. Met een houdbaar gedachtengoed dat zichzelf in stand weet te houden na de initiële politieke moed van een politica een partij op te richten. Die de weg vooruit weet te vinden op basis van consensus en democratie en de kracht van crowds - in het politieke 2.0 landschap. Op de kracht van denken en de kracht van doen. Zoals dit manifest zal stellen: Trots gaat dat redden.
In het mediatijdperk wordt veel verwacht van een politieke organisatie. Er is geen tijd meer om rustig op te starten. Wie niet succesvol is in twee jaar –kan zijn biezen pakken. De pers is snel. Internet nog sneller. De kiezer is niet loyaal en surft mee op de meningsvorming van vluchtige crowds op internet, de media en het vergrootglas van de journalistiek. Lidmaatschappen voor het leven bestaan niet meer. Peilingen zijn toonaangevend en beïnvloeden zelf weer peilingen.
De snelheid waarin een partij een hype kan zijn, en weer hype-af is, is verbazingwekkend. De opkomst en ondergang van de LPF, van Jan Nagel’s Leefbaren, toont aan dat de media onverbiddelijk zijn en dat de publieke opinie even wisselvallig en even onvoorspelbaar is als het weer. Waar kwetsende soundbites zetels opleveren en waar politici die schreeuwen sneller gehoord worden door de pers dan politici die de waarheid fluisteren.
In deze vluchtige media-maatschappij, getuigt het van politieke moed om een beweging te stichten.
Politieke moed wordt door de samenleving vaak niet onderkend, maar sneuvelt in de onverbiddelijke wil van het publiek om een snelle jurering en een nog snellere afrekening op het publiekelijk schavot. Of wordt juist genegeerd door de zap-gevoelige maatschappij. Het is niet chique een eigen partij te starten, want “je zal het wel doen om aandacht te krijgen’”
Dat die politieke moed niet vergeefs was en een solo-actie van een politica zonder partij, moet Trots de komende jaren gaan bewijzen. Trots is in een cruciale fase beland.
Is er een bestaan na het vertrek als politiek leider van oprichter Rita Verdonk? Zijn er tekenen die erop wijzen dat de politieke moed om een beweging te starten, omgezet kan worden in een langdurige trouw van de kiezer?
Ja - er is reden van bestaan.
In veel gemeentes maakt Trots, door zijn eigen stijl, en zijn eigen programmapunten, goede indruk. Valt het op dat er leven is tussen VVD en PVV. Dat je duidelijk kunt zeggen waar het op staat, zonder andere bevolkingsgroepen apart te zetten en te twijfelen aan hun gelijkheid als mens in de samenleving. Trots spreekt duidelijke, en soms harde taal. Maar niet uit vooringenomen minachting voor andere bevolkingsgroepen. Want inderdaad: je kunt radicaal tegen een moskee zijn – maar alleen als die moskee zonder inspraak en zonder de juiste procedures wordt neergezet.
De burger kan kiezen voor de harde lijn - zonder te hoeven kiezen voor kwetsende woorden.
Daar waar eerst tijdens verkiezingsavonden werd gesist in de coulissen, dat die ‘troep van Trots’ niet welkom was in de gemeente, omdat men vreesde voor PVV-achtig radicalisme, is er nu in diezelfde gemeentes respect. Boeken Trots op Nederland afdelingen suscessen. Wroeten ze in archieven en websites om integriteit aan de kaak te stellen. Stellen ze vragen in de gemeenteraad om dat wat anders verborgen moest blijven, naar boven te halen. Maken ze de burger onderdeel van de politieke discussie, door het organiseren van meedenkavonden. Enqueteren ze de burger. Starten ze burgerpetities online.In de gedachte dat politiek 2.0 draait rondom communiceren door middel van interactie met de kiezer.
Sommige Trotsers moesten aanvankelijk wennen aan de nieuwe politiek. Belden het hoofdkantoor in Rijswijk als ze folders nodig hadden, of advies. Waren soms kwaad dat ze maar niets hoorden van het hoofdkantoor, dat er geen instructies waren, dat er geen commando’s van boven waren. Dit waren soms Trotsers die afkomstig waren van een oude politieke partij. Waar het hoofdkantoor inderdaad voor alles een notitie had, een instructie, een advies, een medewerker. Een geldla met sponsorbijdrages.
Die Trotsers moesten wennen. Sommigen liepen weg. Die waren teveel op zichzelf aangewezen. Ze startten een andere lokale politieke partij van dertien in een dozijn – waar ze vervolgens een website startten, een beetje meesurfden op het ritme van de gemeenteraad, en dat was het dan.
Dat waren kennelijk geen ware Trotsers. Of tenminste – Trotsers die niet zo goed begrepen waar het in de partij om daait.
Want het antwoord ligt nimmer besloten in de partijstructuur zelf. Die ligt bij de vrijwilliger zelf. Om John F Kennedy te parafraseren: die Trotsers moeten zich niet gaan afvragen wat Trots voor de leden kan doen. Maar moeten zich afvragen wat ze zelf voor Trots kunnen doen.
De partij: dat ben jij. En politiek maak je zelf.
In het partijprogramma “Vertrouwen en Handhaven” schrijft Verdonk dat “de overheid geleidelijk een bepalend onderdeel is geworden van onze samenleving” waardoor burgers eraan gewend geraakt zijn “om naar de overheid te kijken als er een oplossing voor een probleem moet komen.”
Zo is het. Diezelfde burger is er aan gewend dat een overheid alles regelt. Dat politici alles regelen. Dat een hoofdkantoor alles regelt.
Maar daarvoor zit je niet in de politiek.
Het oprichten van een politieke partij vereist behalve moed ook hard werk. Je krijgt de zetels niet cadeau. De meeste partijen bestaan sinds het begin van de vorige eeuw. Rita Verdonk begon Trots op Nederland in 2007. Dat is vier jaar geleden en dat is kort. Trots slaagde er desondanks in om binnen drie jaar in tientallen gemeentes aan het werk te zijn. In meer gemeentes dan waar Leefbaar ooit actief geweest is.
Dat schept vertrouwen.
Waarom?
Laten we even terugdenken aan de verkiezingscampagne eind 2009. In weer en wind trokken vrijwilligers door de straten. In de peilingen stond Trots op slechts een enkele kamerzetel. Sponsors waren kopschuw geworden. De lokale pers had geen interesse in Trots. Peilingen voorspelden voor die gemeentes niet veel goeds. Desondanks trokken vrijwilligers er op uit. Enquêteerden op koude verkiezingsmarkten de burger. Folderden en gingen van deur tot deur. Werden voor gek verklaard, en verguisd, maar gingen toch door.
Slaagden er in een stempel op de verkiezingen te drukken. Ondanks een totaal gebrek aan budget.
Deze vrijwilligers deden dat omdat ze trouw waren aan het gedachtengoed van Trots. En verdedigden dit gedachtengoed tegen alle slechte peilingen in. In weerwil van de hoon van andere politici.
Deze hardcore vrijwilligers waren GEEN baantjesjagers maar streden voor een politiek ideaal.Geen baantjesjagers, want: er WAREN geen baantjes .
Deze vrijwilligers slaagden er aan het eind van de rit in om in sommige gemeentes 5 of 3 zetels te halen – met minimaal budget.
En dat is de basis van Trots. Die basis is smal. Maar die smalle basis is bloedfanatiek en hondstrouw. De basis van de politieke organisatie Trots bestaat uit mensen die geloven in het gedachtengoed van de burger, de zelfredzaamheid, de maakbare samenleving en de maakbare politiek. Deze basis is er nog steeds. Ook na het vertrek van Rita Verdonk.
Op smalle fundamenten worden hoge torens gebouwd.
Na het vertrek van Verdonk vaardigden de afdelingen in Zuid-Holland. Brabant, Noord-Holland en Flevoland het ene na het andere persbericht uit, om trouw te tonen aan de partij. Op de ALV op 19 november in Zevenhuizen namen de leden unaniem een resolutie aan dat Trots doorgaat. Er klonk applaus. En gejuich.
Er was geen revolte. Er waren geen politici die de macht wilden grijpen. Geen spervuur van amendementen. Geen LPF-achtige toestanden. Geen geroep. Geen geschreeuw. Bijna unaniem kozen de leden een interim bestuur dat in alle rust de bouwstukken gaat maken waarmee de leden verder kunnen.bouwen en metselen aan de organisatie.
Het pragmatische Noord-Holland (twee wethouders) staat achter Trots. Het begeesterde Brabant staat achter Trots. Het activistische Zuid-Holland staat achter Trots.
Applaus van zelfredzame politici en leden. Die blij zijn dat de partij doorgaat. Die de komende jaren op eigen kracht blijven doorwerken en blijven bouwen aan dat wat Trots politiek 2.0 noemt. Actief, zelfredzaam. Niet omdat dat in een persbericht stond. Maar omdat ze dat zelf zeiden op die ALV.
Rita Verdonk schreef: “Er is verandering op komst. De mening van Nederlanders verandert, zoals die mening ook in de late jaren zestig van de vorige eeuw is veranderd, maar dan omgekeerd. Door een combinatie van hogere belastingen en verschralende dienstverlening neemt het ‘overheidsbewustzijn’ van de burgers toe. De komende jaren zal deze beweging zich scherper gaan aftekenen. Trots op Nederland ziet het als haar taak de burgers in Nederland weer een stem te geven, een mogelijkheid om invloed uit te oefenen op het bestuur van het land.”
Dat is geen loze kreet. Crowds pakken de macht in Nederland. In Gouda zorgde een door Trots zelfgebouwde stemwijzer voor de mobilisatie van veel lokale kiezers die door de gevestigde en alwetende politieke partijen een stemwijzer was onthouden. Kiezers laten zich niet ringeloren en kiezen de wegen van de minste weerstand en vinden hun kennis en hun communicatiemiddelen zelf wel, als de politiek ze niet vind voor ze.
In het handboek “De C2B Revolutie” van Robert van Meer en Tim Meuleman wordt Trots op Nederland aangehaald als een van de succesvolle voorbeelden van de manier waarop crowdsourcing kan bijdragen aan de vernieuwing in de politiek. De marketeers stellen onomwonden dat Trots in 2008 de eerst politieke partij wereldwijd is geweest die crowdsourcing grootschalig heeft ingezet in de politiek.
Trots zal de komende maanden een beslissing gaan nemen voor een politieke koers. Daarbij is de bede aan het interim bestuur om diverse pilaren van de partij te bevestigen en te verstevigen. Daar hoort bij: het openstellen van de kanalen naar de burger en ze reactiveren als ze al in de versuffing waren geraakt. De partij zal programmakaders moeten opstellen voor de gemeenteraadsverkiezingen. De partij zal in het kenniscentrum kennis moeten inbrengen en uitventen.
De partij zal de grote hamvraag moeten adresseren of er landelijk of lokaal gebouwd moet gaan worden. Direct een gooi wagen naar de Tweede Kamer met een aansprekende leider die afkomstig is uit de regios? Of, zoals de Socialistische Partij deed: vanuit zijn lokale machtsbasis de olievlek groter maken en pas dan de Tweede Kamer bestormen?
De partij zal een vorm vinden om een politieke franschiseorganisatie op te zetten die een combinatie tussen lokale kennis en landelijk bekendheid vormt. Franchisers: onder het label van de landelijke partij. Maar met eigen, lokale invulling.
Nu al zijn er andere lokale partijen die de moed van de lokale Trots-politici op waarde schatten en toenadering zoeken. Partijen die begrijpen dat bestendige politiek niet in een half jaar is gemaakt, maar dat politiek zich vormt door decennia-lang aan een steen te slijpen die nooit af komt, maar die steeds meer de ideale vorm krijgt.
Vertrouw er maar op dat de redzame politici net zo door zullen gaan als in2009. Fanatiek. En vol vertrouwen.
Het kan twintig jaar duren voordat Trots weer in de Kamer komt. Of het kan volgend jaar gebeuren. In de tussentijd is iedereen welkom die hard wil werken.
En weest gerust: Er zijn geen baantjesjagers meer. Er zijn geen opportunisten meer. Er zijn geen slippendragers meer. Ons rest mensen die tijd en moeite steken in de politieke boodschap van Trots en een stem aan de burger geven.
Da’s een mooie basis voor een politieke partij. Voor een partij met toekomst. Dat vinden de leden van Trots. Dat vinden de vrijwilligers. Dat vinden de politici. En dat vinden de kiezers uiteindelijk ook.

Gouda, 23-11-2011

4 opmerkingen:

  1. Mwoehahaha dan maar? "When the going get's tough - the tough get going" zoals Richard Nixon zei vlak nadat het Watergate schandaal en de rol van het Witte Huis daarin aan de oppervlakte was gekomen.
    "Ik was dom genoeg om op enig moment in mijn leven te geloven dat Rita Verdonk..." "OK - ga jij dan maar in de 2e kamer zitten, veel slechter dan het zooitje dat er nu zit wordt het daar vast ook niet door..."

    Beter ook niet.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Kijk, hier zit de kern van de boodschap. Diegene die de boodschap het niet zien, vrezen voor hun eigen kostje.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Theo Ichtus - je praat in raadselen. Wat heeft de corrupte Richard Nixon met zijn plumbers te maken met Rita Verdonk?

    BeantwoordenVerwijderen
  4. De gevestigde orde wapent zich nu al! Trots Spijkenisse vreest haar niet! Zoals het motto al zegt: 'Voor de inwoners, mèt de inwoners', dan heb je niets te vrezen.

    We gaan het doen!

    BeantwoordenVerwijderen